Ons voedselsysteem is onvrij
Door Armanda Govers
De afgelopen weken sprak ik met veel mensen over een belastingplan dat plantaardige melk 26 cent per liter duurder maakt dan koemelk. De meesten vinden het niet uit te leggen. Want ook al drink je zelf geen havermelk: laat anderen vrij in plaats van ze te bestraffen met een boete.
Kamerleden ontwijken het gesprek over de “havermelktaks”. Waar rechtse partijen normaal tegen iedere belastingverhoging zijn en juist voor een vrije markt, speelt dat hier opeens geen rol.
Uit de wandelgangen blijkt een mogelijke verklaring voor de bangige sfeer rond dit onderwerp. Een CDA-Kamerlid bestelde tijdens een interview een cappuccino met havermelk. De journalist schreef het op. Het Kamerlid werd vervolgens gestalkt dat een echte CDA’er moet kiezen voor koemelk.
Dat zien we nu terug in het beleid. Havermelk heeft op dit moment al een concurrentienadeel van 8 cent per liter in de vorm van verbruiksbelasting die de producent betaalt. Dit wordt 26 cent. Op koemelk is en blijft het 0.
Plantaardige melk is misschien nog een niche, maar het is een groeimarkt. Coffee Company geeft aan dat de helft van hun klanten kiest voor plantaardige melk. Steeds meer horecazaken maken plantaardige melk dan ook even goedkoop of goedkoper dan de dierlijke versie. Albert Heijn experimenteert ondertussen met ‘true pricing’. Koffie met havermelk wordt zodoende goedkoper, omdat koemelk onze leefomgeving meer belast.
En dan gaat de overheid plantaardige melk duurder maken. Dit is het zoveelste bewijs van de kloof tussen de politiek en de rest van ons land. Burgers en bedrijven willen best milieu- en diervriendelijke keuzes maken, maar de overheid bestraft het.
Wat voedsel betreft leven we duidelijk in een onvrij land.